Gefeliciteerd! - u heeft de Proefexamen VOL-VCA Nederlands Demo proefexamen afgerond.
U heeft %%SCORE%% van de %%TOTAL%% vragen beantwoord.
U heeft %%PERCENTAGE%% goed. Dat is %%RATING%%
De antwoorden zijn hieronder aangegeven.
Vraag 1
Er vindt een incident plaats door een onveilige situatie. Welke actie is noodzakelijk om herhaling te voorkomen?
A
Stilleggen van het werken het registreren van onregelmatigheden
B
Direct maatregelen nemen om de onveilige situatie op te heffen
C
Begeleiden van eventuele slachtoffers naar medische dienst
Vraag 2
Een gascilinder (gasfles) heeft een zwarte kleurmarkering op de schouder. Welk gas Bevat deze gascilinder?
A
stikstof (zwart)
B
Koolstofdioxide (grijs)
C
Acetyleen (kastanje bruin)
Vraag 3
Wanneer moet een steiger op een bouwplaats zijn geaard?
A
Als er op de steiger gewerkt wordt met een niet veilige spanning
B
Als er zich hoogspanningsleidingen op minder dan 50 meter afstand bevinden
C
Als de steiger het hoogste punt in de omgeving is (blikseminslag)
Vraag 4
Hoe heet de mengverhouding van lucht en een brandbaar gas, waarbij een explosie kan optreden?
A
Explosiegebied
B
Ontsteking
C
Vlampunt
Vraag 5
Wat moet er altijd in een vergunning zijn opgenomen?
A
Een namenlijst van de betrokken medewerkers
B
De verwachte tijdsduur van de werkzaamheden
C
De maatregelen die genomen moeten worden
Vraag 6
Tot welke brandklasse behoort brandende butaan?
A
brandklasse A
B
brandklasse B
C
brandklasse C
Vraag 7
Een explosiegevaarlijke zone wordt aangeduid met een bord waarop het bord 21 staat. Wat betekent dit?
A
Dat er een kans bestaat op een stofexplosie
B
Dat er een hoge concentratie acetyleen kan voorkomen
C
Dat er een kans bestaat op een gasexplosie
Vraag 8
Bij het werken met gevaarlijke stoffen moeten de medewerkers geregeld een periodiek medisch onderzoek ondergaan, afhankelijk van de soort producten en de blootstelling. Hoe frequent wordt dit gedaan?
A
1 keer per jaar.
B
1 keer per 2 jaar.
C
1 keer per 5 jaar.
Vraag 9
Wat is een goede omschrijving van je reukwaarneming?
A
Veel gevaarlijke stoffen hebben geen geur en of kleur.
B
De reukgrens kan beneden de toegelaten grenswaarde liggen.
C
Veel gevaarlijke stoffen ruik je meteen en bent dan gewaarschuwd.
Vraag 10
Wat betekent het afgebeelde geel-zwarte bord?
A
Waarschuwing voor biologische stoffen
B
Waarschuwing voor gevaarlijke stoffen
C
Verboden milieugevaarlijke stoffen te storten
Vraag 11
Welke persoonsgebonden factor kan een oorzaak zijn van een incident?
A
Het ontbreken van voldoende ervaring
B
Het ontbreken van voldoende tijd
C
Een onjuiste werkmethode
Vraag 12
Wat is de eerste fase bij de beheersing van een noodsituatie?
A
De melding van de noodsituatie
B
Het ontstaan van een noodsituatie
C
Het nemen van maatregelen direct na de melding
Vraag 13
Welke richtlijn geldt er voor oefening van het bedrijfsnoodplan?
A
Het volledige personeel dient aan de oefening deel te nemen; afwezigen moeten door de leidinggevenden worden bijgepraat
B
De werking van het bedrijfsnoodplan moet met enige regelmaat geoefend worden en alle functionarissen moeten zijn opgeleid voor hun taken
C
Oefening dient ten minst één maal per jaar plaats te vinden en er dient een schriftelijke evaluatie te worden gemaakt
Vraag 14
Waar moet men op letten bij voedings- en verlengkabels?
A
Dat ze de juiste lengte hebben.
B
Dat ze geschikt zijn voor het vermogen van de aangesloten apparaten.
C
Dat ze de juiste diameter hebben.
Vraag 15
Wat betekent het CE-keurmerk op persoonlijke beschermingsmiddelen?
A
Voldoen aan de wereldwijde normen voor PBM’s
B
Moeten de toegezegde bescherming bieden.
C
Leveren geen “elektrische” gevaren op, ze isoleren voldoende
Als u klaar bent, klik u op de knop hieronder. Quizonderdelen die niet afgerond zijn, worden als onjuist beoordeeld.
Laat het resultaat zien
Er zijn nog 15 vragen te beantwoorden.
←
Overzicht
→
Terug
Grijze blokken zijn reeds beantwoord.
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
Einde
Terug
U bent klaar met
vragen
vraag
Uw score is
Juist
Fout
deels juist
De quiz is nog niet afgerond. Als u nu deze pagina verlaat, wordt uw score niet bewaard.
